‘Coaching helpt mensen echt gezonder te gaan eten’

Foto van Sheila de Koning-Backus

Foto van Sheila de Koning-Backus

‘Verspreid over de dag is 400 gram groenten goed te doen’

Het is bekend dat mensen het lastig vinden hun voedingsgewoonten te veranderen. Deelnemers aan de AMD-Life-studie lukte het wel. Hoe komt dat?
Onderzoeker Sheila de Koning-Backus: ‘Coaching lijkt hét verschil te maken. Leefstijlaanpassing lukte in deze studie namelijk vooral bij de patiënten die waren ingedeeld in de onderzoeksgroep die persoonlijke begeleiding kreeg.
We hadden de deelnemers verdeeld over drie groepen. De eerste groep kreeg alleen voedings- en leefstijladvies volgens de richtlijnen voor mensen met leeftijdsgebonden maculadegeneratie, plus de voedingssupplementen die de vereniging van oogartsen, de NOG, in haar LMD-richtlijnen adviseert.

De tweede groep kreeg behalve die algemene adviezen en supplementen ook een leefstijlscore plus persoonlijke informatie over hun genetische risico. Daardoor kregen ze inzicht in hun risico op snelle achteruitgang van hun zicht en dat bleek hun voornemen om hun leefstijl aan te passen behoorlijk te versterken. Want hoe hoger je risicoprofiel, hoe meer verschil je leefstijl maakt. Maar werkelijke gedragsverandering zagen we toch vooral bij groep 3. Daarin kregen de patiënten boven op de algemene adviezen en dat persoonlijke risicoprofiel ook nog een-op-een-begeleiding.’

Waardoor had coaching zoveel effect op hun voedingspatroon?

‘Als je patiënten alleen vertelt wat daarover in de LMD-richtlijnen staat, denken ze: ik mág niets meer! En ik móet van alles! Dat kan heel demotiverend zijn. In de coachingsgesprekken maken we daarom meteen duidelijk: niets is verboden, op een verjaardag mag je heus nog wel een stukje taart eten. Het gaat er vooral om dat je bewustere keuzes gaat maken.
Die insteek maakt dat veranderen voor mensen al heel wat haalbaarder voelt. Verder leggen we goed uit waarom het voor je ogen bijvoorbeeld zo belangrijk is om dagelijks 400 gram groenten te eten, en zoeken we samen uit hoe ze dat in de praktijk kunnen gaan doen. Vooral bij dat laatste blijken mensen graag begeleiding te krijgen.’

Want de meeste deelnemers vinden het lastig iedere dag zoveel groenten te eten?

‘Ja. Weinig mensen in Nederland halen deze hoeveelheid. Dat komt overigens ook doordat het Voedingscentrum nog adviseert om 250 gram per dag te eten – in de meeste landen is 400 gram groenten al de norm. Ook die 250 gram groenten per dag haalt trouwens maar een klein deel van de Nederlanders. Dus 400 gram vinden ze echt ontzettend veel. Zelf vind ik dat dat meevalt – ik eet zelfs meer groenten dan in de richtlijnen wordt aanbevolen. Maar als je het allemaal bij het avondeten moet binnenkrijgen, wordt het inderdaad lastig. Daarom gaat het tijdens coachingssessies veel over de vraag hoe je ervoor kunt zorgen dat je verspreid over de dag groenten binnenkrijgt. Bijvoorbeeld door bij de lunch soep of een salade te nemen. Of door een keer een smoothie met groenten te nemen.’

Je laat je patiënten ontbijten met boerenkoolsmoothies?

(lacht) ‘Ik had een deelnemer die een tijdje íedere dag boerenkool at, wie weet deed ze dat inderdaad zo. Maar op een gegeven kwam die boerenkool haar de neus uit. Dus dat lijkt me niet de manier.
Het klopt overigens wel dat boerenkool heel goed is bij LMD. Die is namelijk zeer rijk aan luteïne, een stofje dat onmisbaar is voor de gezondheid van je macula en netvliezen. Datzelfde geldt bijvoorbeeld ook voor spinazie, veldsla en raapstelen.’

Allemaal knalgroene bladgroenten

‘Inderdaad. Luteïne is een kleurstof die van nature aanwezig is in kleurrijke groenten en fruit. Net als zeaxanthine, een ander stofje dat essentieel is voor je macula en netvliezen. Maar dat wil niet zeggen dat je groentes als witlof voortaan moet laten staan. Want die zijn om weer andere redenen gezond. Variatie is dus belangrijk. Net als het in één maaltijd combineren van diverse groenten. Stofjes uit de ene soort helpen namelijk vaak weer bij de opname van andere stofjes uit een andere soort.’

En hoe zit het met de variatie in bereidingswijzen?

‘Ook daaraan besteden we aandacht tijdens de coaching. Luteïne en zeaxanthine zijn vetoplosbaar en worden daardoor beter opgenomen als je ze bereidt met vet. Daarom stimuleren wij mensen om te experimenteren met bijvoorbeeld wokken, of roosteren in de oven. Zelfs boerenkool kun je op die manier bereiden.’

Welke vetten adviseer je?

‘Met name olijfolie. Daarin zitten omega 9-vetzuren, en die gaan ontstekingen tegen. In het traditionele mediterrane voedingspatroon, waarop onze voedingsadviezen zijn gebaseerd, horen behalve veel groenten ook vier eetlepels olijfolie per dag. Je kunt daar prima mee bakken en zelfs wokken, zolang je er maar voor zorgt dat de olie niet verbrandt. Zonnebloemolie wordt niet aangeraden. Daarin zitten veel omega 6-vetzuren, die bevorderen ontstekingen juist.’

LMD-patiënten krijgen ook het advies twee keer per week vette vis te eten. Waarom is dat?

‘Vanwege de omega 3-vetzuren die daarin zitten. Dat zijn onmisbare bouwstoffen voor het netvlies. Ze hebben daarnaast ontstekingsremmende eigenschappen. Twee belangrijke omega 3-vetzuren, EPA en DHA, komen vooral voor in vette vis.
Een derde onmisbaar omega 3-vetzuur is ALA. Dit zit in hoge concentraties in plantaardige voedingsmiddelen als lijnzaad, chiazaad en walnoten. ALA kan in ons lichaam worden omgezet in EPA en DHA, maar dat gaat niet heel effectief. Als je weinig of geen vis eet, kan het dus lastig zijn voldoende omega 3 binnen te krijgen. In dat geval is het extra belangrijk om voldoende ALA uit plantaardige bronnen binnen te krijgen.’

Alle AMD-Life-deelnemers krijgen de supplementen die de vereniging van oogartsen in haar LMD-richtlijnen adviseert. Betekent dat dat je zelfs extra’s nodig hebt als je voorbeeldig eet?

‘Inderdaad. Het is voor vrijwel niemand haalbaar om alleen via de voeding de hoge doseringen binnen te krijgen die worden geadviseerd bij de vroege fase van LMD en bij geografische atrofie in één oog. In de AREDS2-supplementen die de NOG adviseert, zitten behalve hoge doses luteïne en zeaxanthine ook de vitamines C en E plus zink en koper. De omega 3-supplementen bevatten hoge concentraties EPA en DHA.

Overigens: voor mensen die geen dierlijke producten willen gebruiken, zijn er ook veganistische omega 3-supplementen. Die worden gemaakt uit algen. Dat is een directe en rijke bron van DHA en EPA.’

Studiedeelnemers die zich echt aan de voedingsrichtlijnen houden, krijgen nu dus gegarandeerd genoeg binnen. Zie je dat al terug in hun ogen?

‘Daarover valt op dit moment helaas nog niets te zeggen, we moeten daarvoor eerst nog het beeldmateriaal analyseren. Op basis van de gegevens die wij tot nu toe hebben geanalyseerd, kunnen wij alleen iets zeggen over het effect van informatieverstrekking en coaching op leefstijl en voedingsgewoonten. Lukt het de deelnemers de aanbevelingen op te volgen? En welke strategie stimuleert hen daarbij het meest? We zien dus dat coaching aantoonbaar werkt. Zelf zou ik het een mooi idee vinden als er op de poli van Oogheelkunde een loket komt waar iedereen na een LMD-diagnose terecht kan voor leefstijlcoaching. Want er is duidelijk veel behoefte aan.’

Dit is wat een persoon ziet met