Maculadegeneratie ontstaat bijna altijd na het vijftigste levensjaar. Daarom noemen oogartsen maculadegeneratie ook wel leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD) of seniele maculadegeneratie. Er zijn meerdere vormen van leeftijdsgebonden maculadegeneratie. Wanneer de oogaandoening ontstaat, ervaren mensen nog geen klachten van het zicht en spreekt men van vroege en intermediaire LMD. Late LMD, ofwel eindstadium LMD geeft wel klachten en kent twee vormen: de natte en droge (geografische atrofie) vorm.
- Vroege, intermediaire en de droge vorm van late maculadegeneratie> Bij deze vormen van maculadegeneratie hopen afvalstoffen (drusen) zich achter het netvlies op. Na verloop van tijd gaan deze afvalstoffen het netvlies beschadigen. Daardoor sterft het netvlies langzaam af. Daarnaast ontstaan er pigmentveranderingen in de onderste laag van het netvlies. Ook die tasten de macula aan.
- Natte maculadegeneratie > Bij deze vorm ontstaan er nieuwe, abnormale bloedvaatjes in de macula. Deze bloedvaatjes zijn van slechte kwaliteit. Ze bloeden gemakkelijk en lekken eiwitten, vet en vocht. Dit beschadigt de cellen (kegeltjes) van de macula. Natte maculadegeneratie verloopt sneller dan de andere vormen van maculadegeneratie. U kunt binnen een paar weken slechtziend worden. Natte maculadegeneratie begint vaak eerst in één oog. Later volgt ook het andere oog. Hier kan soms maanden tot jaren tussen zitten.
Meer weten over maculadegeneratie?
Vraag dan nu de gratis brochure aan.
Juveniele maculadegeneratie
Bij juveniele maculadegeneratie ontstaat de maculadegeneratie meestal op een leeftijd tussen de 10 en 30 jaar. Soms zelfs al op jongere leeftijd. Juveniele maculadegeneratie komt weinig voor en is altijd erfelijk. Ongeveer 3.500 mensen in Nederland hebben deze vorm van maculadegeneratie.
Juveniele maculadegeneratie is een andere oogziekte dan natte of droge maculadegeneratie. Het is niet een gezonde macula die achteruitgaat, maar een macula die door een aangeboren afwijking niet goed tot ontwikkeling is gekomen.
Juveniele maculadegeneratie komt voor bij de volgende erfelijke ziektes. Bij al deze aandoeningen ontstaat de maculadegeneratie op een andere manier.
- Ziekte van Stargardt > Bij de ziekte van Stargardt zijn onregelmatige, streepvormige, gele vlekjes op het netvlies te zien. Deze zitten in de buitenste laag van het netvlies: het pigmentblad. In de loop van de tijd neemt het pigment af en beschadigt de macula steeds verder. U gaat daardoor langzaam steeds slechter zien. De symptomen van de ziekte van Stargardt ontstaan meestal op een leeftijd tussen 7 en 12 jaar.
- Juveniele retinoschisis > Hierbij is er een aangeboren, oppervlakkige splijting in het netvlies. Daardoor heeft het netvlies twee laagjes. Dit kan ook de macula aantasten. Juveniele retinoschisis komt bijna alleen voor bij mannen. Vrouwen kunnen draagster van de aandoening zijn, zonder zelf de symptomen te hebben. Dit betekent dat zij de aandoening kunnen doorgeven aan hun kinderen. Juveniele retinoschisis komt weinig voor. De symptomen ontstaan vaak al op jonge leeftijd (5 tot 10 jaar) en het gezichtsvermogen gaat langzaam achteruit.
- Ziekte van Best > Bij de ziekte van Best is er een opeenhoping van geel materiaal in het buitenste deel van het netvlies (het pigmentblad). De kwaliteit van de macula gaat hierdoor geleidelijk achteruit, net als het gezichtsvermogen. Meestal geeft de ziekte van Best in het begin geen klachten, waardoor iemand het soms pas op latere leeftijd ontdekt.
- Kegeldystrofie > Bij deze erfelijke aandoening zijn de kegeltjes in de macula aangetast. Soms raken in een later stadium de kegeltjes en ook de staafjes in de rest van het netvlies beschadigd. De klachten bij kegeldystrofie ontstaan meestal tussen de 15 en 30 jaar en worden geleidelijk erger.
- Centrale Areolaire Choroidea Dystrofie (CACD) > Hierbij zijn de macula en het daaronder liggende vaatvlies aangetast. Klachten van gezichtsvermindering beginnen bij CACD tussen 25 en 50 jaar. Ze worden geleidelijk erger.